De bouw van de huidige kerk in witte zandsteen, een voorbeeld van Brabantse hooggotiek, was in 1410 begonnen met een gotisch koor met kooromgang en 7 straalkapellen. Het koor wordt geschraagd door luchtbogen en steunberen, met indrukwekkende waterspuwers en bundelpijlers met kruisribgewelven aan de binnenkant. Vanaf 1425 leidde Sulpitius van Vorst de bouwwerken. In 1435 startte men aan de kruisbeuk. Toen Sulpitius van Vorst in 1439 overleed, kwam de leiding in handen van Jan Keldermans II. Het overlijden van Jan Keldermans in 1445 leidde tot vertraging. Pas in 1475 werd de volledige kruisbeuk overwelfd o.l.v. Matheus de Layens.
In 1458 brandde het Romaanse schip uit. In 1459 maakte Matheus de Layens een ontwerp voor een trio van westertorens, gebouwd op de Romaanse torenromp. In 1497 besloot men echter de oude westbouw te slopen, en te vervangen door een nieuw, gotisch torencomplex getekend door Joost Metsys, waarvan de middelste toren 170 hoog moest worden. Een maquette hiervan is opgesteld in de zuidertranseptarm. Wegens een gebrekkige stabiliteit werden de werken in 1541 stopgezet. In 1569 vertoonde de westbouw scheuren, en in 1570 stortte hij gedeeltelijk in. Toen verstevigingswerken in 1604 en 1612 geen effect bleken te hebben, werd de toren in 1613 herleid tot zijn huidige hoogte.
Ondanks verscheidene verwoestingen, herbergt het interieur nog gotische kunstschatten. We vernoemen de sacramentstoren uit 1450 volgens n.o.v. Matheus de Layens, en het eikenhouten koorgestoelte uit 1438-1442 door Nicolaas de Bruyne en Gerard Goris, en een messing doopvont (einde 15e eeuw). Ook het gotisch doksaal uit het einde van de 15e eeuw is zeker een bezoek waardig.
De preekstoel is afkomstig uit de Premonstatiënzerabdijkerk van Ninove. Hij dateert uit 1742, en is van de hand van Jacob Bergé. Hij kwam in 1807 naar de Sint-Pieterskerk. De beeldengroep onder de kuip stelt de bekering van Sint-Norbertus voor.
De kerk herbergt ook een belangrijke beeldenschat. Er is een Christushoofd dat rond 1200 gemaakt werd, en een overblijfsel is van een kruisbeeld 'Krom Kruis'. We vernoemen ook een zittende Onze-Lieve-Vrouw met kind uit 1442 ('Sedes Sepientiae') door Nicolaas de Bruyne.
Een bijkomende erg belangrijke kunstschat in de Sint-Pieterskerk zijn de 13e-eeuwse praalgraven van hertog Hendrik I van Brabant, zijn vrouw Mathilde van Boulogne en dochter Maria van Brabant. (met dank aan Roel Renmans)
Van de vorige, Romaanse kerk, is de cirkelvormige crypte (waarin vermoedelijk de graven van Leuven begraven werden) opnieuw toegankelijk.
De kerkschat bevat liturigisch zilverwerk.
(o.a. met dank aan Eline Van Roeyen)
Français English
|