Deze kerk is één van de best bewaarde voorbeelden van de Maasromaanse bouwstijl. De kerk is opgetrokken in lokale kalksteen.
De toren van de westbouw, met daarnaast het enkele, ronde traptorentje, zijn vrij authentiek. Dit geldt ook voor het schip en de ingang in de noordelijke zijbeuk. Boven de deur, in de boog van het noordportaal, is nog de afdruk te zien van een wellicht vroeger aanwezige tympaan.
Het koor en de dwarsbeuk werden herbouwd in 1264, en zijn gotisch van stijl. Daarvan getuigen o.a. de spitsboogvensters.
Binnen in de kerk bevindt zich in de westbouw een tribune, 1 grote rondboog, verdeeld door 3 kleinere rondbogen op 2 gedrongen zuilen.
Onder het koor zijn de resten van een oude crypte bewaard gebleven. Daarin zijn nog 11e eeuwse schilderingen en Merovingische sarcofagen bewaard.
De doopvont dateert uit de 14e eeuw. De gezichten op de vier hoeken symboliseren de regeneratie van het ganse universum.
Buiten de kerk bevindt zich een soort openluchtmuseum met stukken die werden teruggevonden van het klooster dat bij deze kerk hoorde. Een van de stukken is de basis van een grafkruis, met daarop 3 symbolen. Het eerste symbool is het hart, en dat duidt op naastenliefde. Het anker is het teken van de hoop. Het kruis staat voor het geloof.
Français English
|