Dit elegante, Gotische gebouw was gebouwd met afwisselende rode baksteen en witte zandsteen lagen ('speklagen') tussen 1501 en 1503 door architect De Waghemakere voor de gilde van de slagers. De gilden verdwenen na de Franse revolutie, en daardoor verloor het Vleeshuis haar originele functie. Het werd onder andere als theater en opslagplaats voor wijn gebruikt.
Aan het einde van de 19 eeuw werd de stad Antwerpen eigenaar, en werd er het museum voor Archeologie en Toegepaste Kunst gevestigd. Sinds de opening van het MAS is de klemtoon naar geluid en muziek verschoven. Aan de naam is dan ook toegevoegd ‘Klank van de stad’. Frits Schetsken: 'Naast een reeks oude muziekinstrumenten zoals clavecimbels van de Antwerpse familie Ruckers zijn er een klokkengieterij met attributen uit het bedrijf Sergeys uit Leuven, een atelier voor het maken en herstellen van blaasinstrumenten van de firma Van Engelen uit Lier, een danszaal uit de eerste helft van de twintigste eeuw met dansorgel en wordt aandacht besteed aan het drukken van muziekpartituren e.d., waarbij men aansluit op Antwerpen als drukkersstad.'
Veerle Van Lieshout: 'Ik vind het vleeshuis dus echt wel een mooie plek, wat anderen ook mogen zeggen. Ik vind dat hier veel te weinig punten zijn gegeven :D jaja dus geef ik een dikke 11 op 10 als dat niet goed is... '
Rudi Deheusch: 'Wat een mooi gebouw spijtig dat de staat of/en de stad de historische omgeving niet bechermd hebben.'
Français
English
  
| 
